C

Cannabidiol (CBD) = Niet-psychoactieve cannabinoïde die voorkomt in cannabis.

Cannabinoïd = Een stof uit hennep (cannabis) die verantwoordelijk is voor psycho-actieve werking van deze drug.

Cannabinoïdantagonist = Stoffen die cannabinoïdreceptoren blokkeren.

Cannabinoïdreceptoren = Receptoren die reageren op THC en dat levert een hongersignaal op.

Centrifugaal = Middelpuntvliedend.

Centripetaal = Middelpuntzoekend.

Comorbiditeit = Het tegelijkertijd aanwezig zijn van verschillende aandoeningen bij een patiënt.

Concordantie = De overeenstemming.

Cortisol = Bijniermerghormoon dat een belangrijke rol speelt in de fysiologische en emotionele reactie op stress en een negatieve invloed heeft op het geheugen functioneren.

Coping = De manier waarop iemand omgaat met problemen en gebeurtenissen, evenals omgaat met hevige gedachten of gevoelens. Zo kan iemand een actieve of passieve copingstijl hebben.